Go. 2War. 2. nl - De diamantroof. Paul Post (1. 95. Samen met beroepsauteur Bies van Ede (1. De betreffende brief dateerde van 1. Post en twee collega- ambtenaren hun directeuren waarschuwden dat een enorme partij diamanten in de Arnhemse kluizen van de Amsterdamse Bank naar Duitsland dreigde te verdwijnen. Operatie Market Garden was net in alle hevigheid uitgebarsten en de kans was niet denkbeeldig, aldus de drie plichtsgetrouwe ambtenaren, dat de Duitsers de kluizen zouden opblazen en de grote voorraad diamanten daarna als verloren moest worden beschouwd. Vanaf het begin van de negentiende eeuw verplaatste de diamantindustrie zich steeds meer van Amsterdam naar de regio Antwerpen, waar in de huisindustrie op het platteland tegen zeer lage lonen diamanten werden geslepen. Gedurende de Eerste Wereldoorlog stokte die ontwikkeling even, maar eind jaren twintig ging de bedrijfstak definitief ten onder. In 1. 93. 5 waren er van de 9. Amsterdam werkzaam waren er nog maar 5. Halsstarrige pogingen om met via overheidsmaatregelen en subsidies de Amsterdamse diamantindustrie nieuw leven in te blazen mochten niet baten. Diamanten, zowel de sierdiamanten die als 'waardepapieren' gebruikt werden als de industriediamanten, waren voor de Duitse oorlogsvoering belangrijk. In de departementale beschikking was bepaald dat elke ondernemer, werkzaam in de diamantindustrie of - handel, verplicht was zich bij het Rijksbureau voor Diamant in te schrijven en een voorraadopgave te verstrekken. Zonder schriftelijke vergunning van het Rijksbureau was het ondernemers verboden diamant te kopen, te verkopen of te bewerken. Vanwege het grote belang werden de diamantbedrijven aanvankelijk rechtstreeks onder het rijkscommissariaat geplaats. Per eind 1. 94. 2 werd bij het Rijksbureau een Duitse Bevollm. In 1. 94. 3 zijn grote partijen diamant, afkomstig van Joodse firma. Bozenhardt & Co kocht in opdracht van de Duitse overheid. Het Rijksbureau voor Diamant kon zich niet tegen de sterke positie van deze firma weren. Miljoenen aan voorraden van de hoofdzakelijk Joodse diamantairs werden . Omdat de bezetter vermoedde dat de diamanthandelaren voorraden hadden achtergehouden, werd bekendgemaakt dat voor familieleden (dus niet gezinsleden) van de handelaren vrijstellingen voor deportatie gekocht konden worden voor vijftig karaat aan industriediamanten per persoon. Toen aan de vraag werd voldaan, werden deze vrijstellingen weer direct ingetrokken en werden de ongeveer tweehonderd mensen onmiddellijk op transport gesteld. Die deportaties begonnen vanaf juli 1. 217 Collaborateurs en milliarden gestolen diamanten. Diamantcontrole, 21/XI/1941 (AN, Paris, AJ 40/ 72-2. De gestolen diamant (1941) Year: 1941. Genres: Comedy, Drama, Mystery. Directors: Roger Chapatte, Christian. Start met bieden of verkopen op de Stripveiling bij Catawiki. Op de veiling van deze week: Franka - 3x Kill them pirates editions - Aquarellen - Kunstkaarten. De gestolen diamant; Tajemnica nocy wigilijnej; Mataram o Pai Natal; Mordet p? Door de kerstvertelling ”En haar muur was diamant” schemert ook. Uit het manuscript van ”De gestolen. In 1941 verlaat Rie van Rossum namelijk. Havank 12 - (1941) De. Jeff - Dexters duistere dromen Lindsey, Johanna - Als een ruwe diamant. Duel onder de Dubbelzon Perry Rhodan 0117 - De gestolen. Joden sterk vertegenwoordigd waren. Er werd een lijst van 5. De groep van diamantbewerkers werd bepaald met de hulp van de Bedrijfsgroep Edelmetaal en Diamant, die in 1. ANDB (Algemene Nederlandse Diamantbewerkersbond) in werking trad. Alle 5. 45 Joodse diamantbewerkers vulden aanmeldingsformulieren in met gegevens over henzelf, hun partner en hun inwonende kinderen jonger dan 1. Van iedereen moesten drie pasfoto. Volgens een legende werd de diamant. Tot half januari 1. De ongelukkige helft werd in februari 1. Vanaf september 1. Vught en Westerbork gedeporteerd. Vanaf 1. 94. 4 werden ze naar Bergen- Belsen afgevoerd, waar slechts een enkeling de Holocaust wist te overleven. Na de oorlog bleek er een groot verschil te zijn tussen hetgeen de Duitsers op de wereldmarkt hadden verkocht en wat er aan diamanten was teruggekomen. De SS- officier Friedrich Kadgien was de grootste opkoper. Kadgien (1. 90. 7- 1. Hermann G. Dat doel werd nagestreefd door in alle bezette gebieden te plunderen wat men nodig had. Kadgien was in deze operatie het centrale schakelpunt, de man die zorgde voor het verkrijgen van deviezen, edelmetalen en dwangarbeiders. Er wordt geschat dat hij voor meer dan tweehonderd miljoen euro (huidige waarde) uit de voorraden heeft gestolen. In april 1. 94. 5 nam hij een fraaie collectie diamanten mee naar Zwitserland, leefde daar een tijdje tamelijk onbezorgd, maar toen het daar wat te heet onder de voeten werd, vertrok hij in 1. Tot zijn dood in 1. Argentini. Om te voorkomen dat onder andere de deviezencontrole van diamant kwam te vervallen, werd niet gekozen voor opheffing van het Rijksbureau. Vanaf 1. 94. 5 werd het Rijksbureau bijgestaan door een adviescommissie: de Diamant In- en Export Commissie (DIEC). In de periode 1. 95. Commissie voor de Diamantindustrie (Diamantcommissie). Het Rijksbureau voor Diamant werd opgeheven per 1 oktober 1. Een formeel opheffingsbesluit, waarin staat vermeld welke organisaties de werkzaamheden overnamen, ontbreekt. De beide auteurs hebben een interessant thema te pakken. Het betreft een onderwerp waarover niet al te veel is geschreven en er worden een aantal wetenswaardige zaken opgevoerd. Het is echter duidelijk dat de auteurs geen ervaren historici of onderzoeksjournalisten zijn. Post levert de brief waarmee alles begon en een complete collectie e- mails in het kader van het onderzoek. Van Ede heeft meer dan 1. De tekortschietende expertise bij de auteurs wreekt zich. Soms bekruipt het gevoel dat elke mail of brief die men uit de archieven heeft weten te vinden moet worden gebruikt, als foto opgenomen, integraal overgetypt of toch zeker uitvoerig geciteerd. Ook ligt in het boek wel erg de nadruk op de misdadiger (Kadgien) en minder op de misdaad (de diamantroof). Meer dan de helft van het boek betreft namelijk een speurtocht naar de ontspanningsroute van Kadgien en zijn naoorlogse carri. Een beschrijving van de daadwerkelijke diamantroof en voorgeschiedenis van de Amsterdamse diamantindustrie en de positie daarbinnen van de Joodse bevolking ontbreekt. Dat mag gerust een gemiste kans worden genoemd. Maar daar staat tegenover dat de beide auteurs voldoende informatie boven tafel weten te krijgen om het een lezenswaardig boek te maken. Een uitstekend startpunt voor een bredere studie.
0 Comments
Leave a Reply. |
AuthorWrite something about yourself. No need to be fancy, just an overview. Archives
January 2017
Categories |